Cursusinhoud - Rouwverwerking
De opleiding Rouwverwerking bestaat uit de volgende vijf modules:
Module 1 - Rouw, rouwtaken, fasenmodellen en misverstanden over rouw
In deze module komen de meest gangbare theoretische achtergronden over rouw-verwerking aan de orde. Je leert wat rouw is en wat de functie van rouw is wanneer iemand met een groot verlies te maken krijgt door het overlijden van een dierbare.
Je ervaart welke doelen die helpen om het verlies te verwerken je kunt stellen. Je leert welke rouwtaken er bestaan volgens J. Worden en hoe je iemand kunt begeleiden bij het doorlopen van de rouwtaken. Je maakt kennis met het fasenmodel van Elisabeth Kübler-Ross en het Duaal Proces Model van Maggie Stroebe en Henk Schut. De individuele verschillen die er kunnen bestaan wanneer het gaat om het omgaan met rouw, de zogenaamde coping stijlen, worden uitgelegd. Als laatste komen de misverstanden die over rouw bestaan aan de orde.
Module 2 - Rouwrituelen, geloofsovertuigingen, taboes en troost
In deze module leer je welke rouwrituelen er bestaan, zowel in relatie tot geloofs-overtuigingen als in relatie tot verschillende culturen. Je leert hoe deze in de loop der tijd veranderd zijn en hoe je deze rituelen inzet ter bevordering van het rouwproces. Je maakt kennis met de vijf grootste geloofsovertuigingen in de wereld en de daarbij horende overtuigingen en gebruiken. Je leert welke rouwrituelen in andere culturen bestaan en wat kan bijdragen om troost en houvast voor rouwenden te bieden.
Het is echter onmogenlijk om in deze opleiding alle stromingen en varianten, binnen religies, culturen en hun tradities, uit te werken. In deze module worden de hoofdlijnen beschreven.
Module 3 - Vormen van rouw en omgaan met emoties
Deze module heeft als doel om de symptomen van de verschillende vormen van rouw te herkennen, waardoor een goede afweging gemaakt kan worden tussen zelf hulp bieden of doorverwijzen naar de huisarts of andere instanties.
Je vergaart kennis over de wijze waarop kinderen binnen de verschillende leeftijds-groepen rouwen. De verschillende lagen van het brein worden besproken. Je leert welke emoties bij een verlieservaring kunnen loskomen en hoe je hier als rouw-begeleider mee omgaat en je leert wat het verschil is tussen natuurlijke zelfbeheersing en opgelegde zelfbeheersing en welke invloed het Id, Ego en Superego hebben.
Module 4 - Gevoelens, gedrag en lichamelijke symptomen
Naast het verdriet kenmerkt rouw zich door een cluster aan onvoorspelbare emoties, gedrag en gedachten waarbij persoonlijkheid, draagkracht en draagvlak in wankel evenwicht zijn. Iemand die in goede gezondheid verkeert en bij wie ouderdom een minder grote rol speelt, zal meer aankunnen dan een ouder persoon met gezond-heidsklachten. De sociale omgeving en de mate van adequate hulp zijn eveneens van invloed om het leven weer op te kunnen pakken. In deze module is een onderscheid gemaakt tussen gevoelens, gedrag en lichamelijke symptomen die invloed hebben op het rouwproces.
Deze module laat zien hoe je als rouwbegeleider symptomen herkent, welke hulp je kunt bieden en op welke wijze. Je leert hoe je samen tot oplossingen komt die in overeenstemming zijn met de behoeften, vaardigheden en mogelijkheden van rouwenden.
Module 5 - Basishouding en vaardigheden rouwbegeleider
In deze laatste module wordt dieper ingegaan op de basishouding en de kwaliteiten die je nodig hebt als rouwbegeleider. Het is vanzelfsprekend dat je respect toont voor de hulpvrager, zonder (voor)oordelen. Maar hoe zorg je ervoor dat je goed contact maakt, actief luistert, de juiste vragen stelt, daar hulp verleent waar het ook écht nodig is en je je eigen grenzen erkent en herkent?
Helaas gebeurt het nog al te vaak dat je denkt dat je écht luistert, iets wat voor een rouwbegeleider bovenaan staat, maar dat je dit onbewust niet doet. Ieder mens heeft zijn overtuigingen en doet vanuit die overtuigingen aannames. Denk maar eens aan de volgende situaties: ‘Hij ziet bleek, dus hij zal zich wel niet lekker voelen.’ Het kan best zijn dat dit iemand is die van nature een bleke huidskleur heeft. Of ‘Zij heeft rode ogen van het huilen.’ Het kan best zijn dat zij net uien heeft staan snijden of een ooginfectie heeft. Door het doen van objectieve observaties zonder aannames en oordelen hou je de communicatie helder.
Tevens komen bijzondere omstandigheden, zoals omgaan met agressief gedrag en plotseling overlijden, aan de orde, evenals de valkuilen die je in de rouwbegeleiding kunt tegenkomen. Aan het einde van deze module heb je de kennis om goed contact te maken en een veilige omgeving te creëren, zowel voor de rouwende als voor jezelf.